In 1971 stond ik zelf op een podium. Niet als performer, maar om dichters aan te kondigen voor de poetryreading tijdens een tweedaags Literatuurfestival in Eindhoven. Niet de minsten: Judith Herzberg,
Gerrit Komrij, Rutger Kopland, Jules Deelder en uit Vlaanderen Gust Gils, Nic van Bruggen, Hugues C. Pernath - beide laatsten bekend als leden van de beruchte Pink Poets.
Een festival als sluitstuk van een literaire prijsvraag voor jongeren uit de drie zuidelijke Nederlandse provincies en Vlaams-België. Bij de prijswinnaars: Joke van Leeuwen, Eriek Verpale en Luuk
Gruwez. Ook een zekere Johan Lampo was inzender. Wel eens van gehoord?
Parallel met het festival de expo Konkrete Poëzie. Voor wat de Belgische deelnemers betreft samengesteld door Paul Devree, de godfather van wat hier Visuele Poëzie heette, een kleine niche binnen
de literatuur.
‘n Glimlach
Er was
’n glimlach
eens was er
’n glimlach.
Er was eens, lang, lang geleden
’n glimlach op het gelaat van ’n vrouw.
’n Vrouw uit zo’n relatie van
twaalf abortussen en dertien ongelukjes,
zo’n vrouw die ’t leven niet liefhad,
die ’t leven liever niet had gehad.
Zo’n vrouw die al vroeg, àl te vroeg,
in ’t leven terecht was gekomen.
En er was ’n man
’n man van de daad,
zo’n man met ’n mandaat
en dàt deed ‘t ‘m.
Zij zag naar hem op,
zag op naar haar opzichter
en zienderogen
zag je haar opleven
en verliet zij ’t leven
en lachte, glimlachte,
het toe.
En zo was er ’n man en ’n vrouw en ’n trouw
en dat was trouwens zo slecht nog niet,
nee, ’t was lang niet slecht.
Nee, zo heel lang slecht was ’t niet,
daarvoor was ’t te vlug gegaan,
was hij te snel gevlucht.
Geluk is soms vluchtig,
voortvluchtig, levenslang je te snel af.
Zij was wat afwezig sindsdien
en dientengevolge kon zij niet langer instaan
voor de gevolgen van haar doen en haar laten.
Ze hebben haar laten doen,
hadden met haar te doen,
maar hebben er niets aan gedaan.
Daarom deed zij ’t zelf toen maar,
deed zij de zelfmoord maar,
schreeuwde geen moord,
schreeuwde brand,
vatte vuur.
Na ’t blussen vond men haar
uitgeblust, uitgedoofd, opgebrand.
Er was eens ’n glimlach
maar dat is lang,
lang geleden.