Na Arthurs geboorte in Antwerpen op 30 juli 1866 wordt zijn vader Guillaume als beambte overgeplaatst naar Dendermonde. Daardoor volgt zoonlief eerst een opleiding tekenen en schilderen aan de
Dendermondse academie, waar hij les krijgt van kunstschilder Jaak Rosseels. Terug in Antwerpen in 1883, schrijft hij zich aan de academie aldaar in en krijgt Edward Dujardin als leraar. Dat klikt niet, de
17-jarige Arthur heeft al zo'n persoonlijke tekenstijl dat hij de wat stereotype aanpak van zijn oude leraar niet ziet zitten. Hij stapt dan maar over naar de avondcursus tekenen en boetseren van Jozef
Geefs, een van de telgen van de talentrijke Antwerpse bakkersfamilie, waaruit ook hofbeeldhouwer Willem/Guillaume Geefs is voortgekomen, onder andere maker van het Rubensstandbeeld op de
Antwerpse Groenplaats. In het Hoger Instituut voor Schone Kunsten blijft Arthur niettemin tot 1891 de schilderrichting volgen, die in handen is van Piet van der Ouderaa en Juliaan de Vriendt. Dan heeft
hij in 1889 al eens meegedaan aan de voorbereidende wedstrijd voor de Prijs van Rome, een soort aanmoedigingsprijs voor jonge academieleerlingen. Hij is ook lid geworden van de Antwerpse
kunstenaarsgroepen 'Als Ick Kan’ en ‘De Scalden’.
Arthur
Pierre
is
dan
een
tijdlang
medewerker
van
interieur-decorateur
en
architect
Henri
Verbuecken,
die
ook
Arthurs
woonhuis
in
art
nouveaustijl
aan
de
Antwerpse
Haringrodestraat
115
ontwerpt.
Pal
daarnaast laat Pierre een atelier bouwen naar eigen ontwerp in een nog meer uitgesproken art nouveaustijl.
Arthur
Pierre
is
tijdens
zijn
verblijf
in
het
neutrale
Nederland
gedurende
de
Eerste
Wereldoorlog
vooral
als
schilder
actief.
Maar
gaandeweg
blijken
zijn
beelden
opmerkelijker,
die
zweven
tussen
romantiek
en
realisme.
Met
name
zijn
graf-
en
herdenkingsmonumenten
zijn
bekend
geworden.
Toch
was
Arthur
eigenlijk
productiever
als
beeldhouwer
van
decoratieve
beeldhouwkunst,
waarbij
hij
bijzonder goed het samengaan van het artistieke met de architectuur aanvoelde.
Het
bekendste
werk
van
zijn
oeuvre
bevindt
zich
aan
de
stadsrand
van
Antwerpen,
op
het
Schoonselhof.
Het
is
het
monument
voor
componist
Peter
Benoit,
dat
een
prominente
plaats
inneemt
op
deze
begraafplaats
met
ereperken
voor
roemrijke
Antwerpenaren.
Maar
dat
gedenkteken
is
eerst
opgericht
op
het
Kielkerkhof
aan
de
Sint-Bernardsesteenweg
en
na
opheffing
daarvan
in
1939
overgebracht
naar
het
Schoonselhof.
Er
komen
nogal
wat
personages
op
voor:
centraal
rijst
als
een
ontluikende
vrouw
de
Vlaamse
muziek
op
uit
de
werken
van
Benoit,
vergezeld
door
de
genius
van
de
Kunst,
een
gevleugelde man. Aan hun voeten zweven Lucifer, Charlotte Cordy, Ilsa en de Elfenkoning, titels van vier van Peters werken. Vlaamse bloemen en planten bloeien aan de basis van het monument.
Zelf is Arthur Pierre gestorven in Antwerpen op 2 september 1938. Zijn eenvoudige graf is te vinden op perk Y, West van het Schoonselhof.
OEUVRE
1901
Pleurante, grafmonument schilder Evert Larock, vriend van Arthur Pierre.
Aanvankelijk op begraafplaats Kiel, in 1939 overgebracht naar het Schoonselhof.
Schoonselhof-erepark Z1-rij D, Krijgsbaan, Wilrijk.
1903
Bedevaarder, brons, hoog-reliëf.
Ter gelegenheid van het 600-jarig bestaan van het Sint-Julianusgasthuis.
Sint-Julianusgasthuis / Zwarte Panter-binnenplaats, Hoogstraat 70-72, Antwerpen.
1903
Medaillon toneelspeelster Julie Verstraete-Lacquet.
Aanvankelijk op begraafplaats Kiel, in 1939 overgebracht naar het Schoonselhof.
Schoonselhof-perk Z1-rij B, Krijgsbaan, Wilrijk-Antwerpen.
1903
Ontwerp eigen kunstenaarsatelier in art nouveaustijl.
Haringrodestraat 113, Antwerpen.
1905
Beeldengroep grafmonument wisselagent-mecenas Louis Dousselaere, carrara marmer.
Zuil in arduin van architect Ferdinand Dermond.
Aanvankelijk op begraafplaats Kiel, in 1950 heropgericht op het Schoonselhof.
Schoonselhof-perk U-rij G1, Krijgsbaan, Wilrijk-Antwerpen.
1910
Gesluierde wachters grafkapel familie diamantair Louis Coetermans, brons.
Grafkapel ontworpen door architect Josef De Lange.
Begraafplaats Berchem-perk 06-A, Floraliënlaan 288, Berchem-Antwerpen.
1911
Witte rouwende figuur op grafmonument Scheldeloods-redder Frans Lux-Fierens.
Aanvankelijk op begraafplaats Kiel, in 1939 overgebracht naar het Schoonselhof.
Schoonselhof-perk Y-rij 18, Krijgsbaan, Wilrijk-Antwerpen.
1913
Interieurdecoratie belle-étage.
I.s.m. Henri Verbueken en architect Jozef de Lange.
Herenhuis, Lamorinièrestraat 240, Antwerpen.
1914
Beelden Scheikunde en Scheepsbouw, brons.
Binnenplaats Technische Hogeschool, Paardenmarkt 94, Antwerpen.
1920
Grafmonument Peter Benoit, brons.
Aanvankelijk op begraafplaats Kiel, in 1939 overgebracht naar het Schoonselhof.
Schoonselhof-rondpunt Y-Z1, Krijgsbaan, Wilrijk-Antwerpen.
1921
Oorlogsmonument.
Begraafplaats Vredehof, Koudekerkseweg, Vlissingen (Nederland).
In 1924 is deze begraafplaats buitengebruik gesteld.
1924
Adelaar, brons en drie panelen met gevleugelde vrouwen in hoog-reliëf in de inkomhal, brons.
Architecten van het gebouw: Jan Van Riel en Edmond Ceurvorst.
Eagle Star-gebouw, Meir 12, Antwerpen.
1927
Portretmedaillon mausoleum staatsman-minister Edward Pecher.
Aanvankelijk op begraafplaats Kiel, in 1939 overgebracht naar het Schoonselhof.
Schoonselhof-perk Y-rij 19, Krijgsbaan, Wilrijk-Antwerpen.
1928
Figuren herdenkingsmonument Eerste Wereldoorlog.
Monument n.o.v. E. Jonckheere.
Dendermondsesteenweg, Willebroek.
1931
Acht paarsgewijs gekoppelde kariatiden, brons: symboliserend van links naar rechts Handel &
Kunst, Wetenschap & Landbouw, Voorspoed & Techniek, Architectuur & Scheepvaart.
KBC-torengebouw, Schoenmarktzijde, Antwerpen.
1937
Buste politicus Adolf Dumont, brons.
Schoonselhof-perk Z1-rij 4, Krijgsbaan, Wilrijk-Antwerpen.