10 gedichten met afbeeldingen van schilderijen.
Tien
dichters
met
gedichten
bij
schilderijen
van
de
Amerikaanse
schilder
Tony
Mafia:
Albert
Hagenaars,
Rose
Vandewalle,
Roger
Nupie,
Paul
Gellings, Annmarie Sauer, Joris Iven, Lucienne Stassaert, Willy Verhegghe, Wim van Til en Hannie Rouweler.
Demer Uitgeverij, 2010
DE BAADSTER
Ben ik hier, kale kamer, ijzeren ledikant,
raam dat opent op niks en nergens?
Ben ik het beest (uit je dagdroom,
nachtmerrie, schemerangst) dat wegduikt,
een miserabel mysterie van zich afwast
bij de aanblik, de kilte van het koude blauw,
in een bar bassin aarzelt voor de duik,
de wereld ziet vanuit dat oog,
dat akelige, aarzelend?
Ben ik wie in de muur bij het bed
in een vaag verleden het getal tien kerfde,
het uur of hoeveel dagen reeds of nog,
ik of een eerder & evenzo geïsoleerde:
magisch teken, onderliggende lagen,
duistere symboliek? Nee. Nee!
Ik ben slechts aangegeven, aangezet
door de schilder met de snelste
borstelstreek in het westen.
Ik ben hier, kale kamer, ijzeren ledikant,
raam dat opent op niks & nergens,
een schaduw van, een herinnering aan
een vrouw die baadt, de baadster,
en droomt van le grand bleu.
Jouw visie is je dagdroom,
nachtmerrie, schemerangst.
Hoe argwanend toch, hoe misleidend
wie de wereld ziet vanuit jouw oog.