MARCEL
Ik droomde
enkele nachten terug
van mijn naamgenoot Marcel,
de man die taal tot goudstof
kon vermalen
Marcel Van Maele
die van de grote dorst
zijn poëzie op flessen trok
en ons dan dronken voerde
met zijn verslavende woorden,
superieur en van eerste persing.
Zijn toverwoord was humor
die tussen de regels vervlochten zat,
lachgas met een hoge intoxicatiegraad.
Naarmate zijn blindheid vorderde,
verhelderde zijn visie op de wereld,
spitsvondig en in zijn oordeel
scherp als het scheermes
van een meesterkapper.